We eten cake voor de verjaardag van juf Kaat. (Dayna) |
Het was mooi weer om te fietsen. (Dayna) |
We zijn vertrokken. ( Dayna) |
Het is heel gevaarlijk op de weg. ( Dayna) |
We moeten opletten voor de auto's . (Dayna) |
Het was leuk om met de fiets te rijden. ( Axelle) |
Seppe en Kytana zijn op de trampoline aan het springen. ( Axelle ) |
Wij zijn de ezels aan het aaien. ( Axelle) |
Wij zijn het stappenplan aan het volgen .( Axelle) |
Ze zijn hooi aan het pakken voor de ezels om ze dan eten te geven. ( Axelle) |
Kytana vind schommelen leuk. ( Axelle ) |
We zijn de ezels aan het kammen. (Shany) |
Dat meisje heet Alma. Het is de dochter van juf Heleen (Shany) |
Het was een leuke dag maar het was zwaar om te fietsen. ( Shany) |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten